Dit besef kan ineens tot het bewustzijn doordringen en inslaan als een bom.
Om medische redenen is het soms noodzakelijk en levensreddend om een orgaan of een ander deel van het lichaam te verwijderen. De wetenschap is zo ver gevorderd dat door middel van medicatie of praktische hulpmiddelen de functie van dat deel kan worden overgenomen en dat we verder ‘prima’ kunnen functioneren.
Als mens zijn we psychologisch en mentaal doorgaans voldoende flexibel om ons aan te passen aan de nieuwe situatie. Bovendien leven we in een ‘maakbare’ maatschappij waarin we condities gecreëerd hebben om, weliswaar in aangepaste vorm, het leven weer op te pakken, op elk leefgebied. Sommigen van ons doorlopen dit traject zelf, met hulp en steun van de eigen sociale omgeving. Anderen doen een beroep op professionele hulp voor ondersteuning in hun proces. In het algemeen voorziet het aanbod voldoende in de vraag. Een groot deel van de medische en psychologische zorg neemt de reguliere zorgsector voor haar rekening. Een aanzienlijk, groeiend deel van de hulpvragen vinden antwoord in de complementaire zorg, zoals coaches, therapeuten en specifieke (ambulant) begeleiders.
De hulpvraag waar ik vandaag het licht op wil laten schijnen met dit artikel is, in mijn persoonlijke- en professionele ervaring, een onderbelicht onderwerp, namelijk gecompliceerde rouwklachten bij verlies van gezondheid, een lichaamsdeel of een (deel van een) orgaan. De oorzaak van dat verlies kan liggen in ziekte, een ongeval of een andere ingrijpende fysieke verandering.
Ik spreek uit eigen ervaring. Vanwege een tumor is mijn schildklier verwijderd. Dat was onverwacht. Er zou tijdens de operatie slechts een deel van dit orgaan verwijderd worden voor nader onderzoek. De chirurg oordeelde ter plekke dat totale verwijdering noodzakelijk was en zodoende geschiedde. Ik ben hem heel dankbaar voor zijn professioneel en zorgvuldig handelen. Ook de zorg, de aandacht en de empathie die ik heb mogen ervaren na deze ingreep heb ik ervaren als een enorme steun in mijn proces van herstel. Tijdens het proces van re-integratie kreeg ik de optimale begeleiding zodat ik duurzaam mijn werkzaamheden kon herpakken, weliswaar niet volledig. Ik ben zelf, vanuit mijn professie, voldoende in staat geweest om ook psychologisch en mentaal mijn leven weer op te pakken. Mede door de steun van mijn partner, mijn kinderen en mijn sociale netwerk.
Op een dag, het was naar aanleiding van een verdiepingscursus in mijn vakgebied, werd ik geconfronteerd met het plotselinge besef dat ik een gat in mijn lijf heb. Ik kwam er achter dat ik nog steeds aan het worstelen was om volledig in contact te zijn met dit ‘nieuwe lijf’. Dat uitte zich in boosheid dat ik altijd moe was, in verdriet op momenten dat ik bewust was van de beperkingen, in onzekerheid omdat ik soms het gevoel had dat ik mijn lijf niet meer kan ‘lezen’ en de signalen kan ‘vertalen’. Ik werd overvallen door het beeld dat MIJN orgaan zomaar in een metalen, steriel schaaltje is gelegd, zonder dat ik weet wat daarmee gebeurd is. Dat was van MIJ, het hoorde bij MIJN lijf. Nu is het weg…..
Ook in de taal met de artsen en deskundigen in de zorgsector wordt het verlies van een orgaan niet expliciet genoemd. Zo staat in mijn medisch dossier de diagnose ‘hypotherioÏdie’. Dat betekent letterlijk ‘een traag werkende schildklier’. Dat geeft een opstandige reactie in mijn systeem, ik heb namelijk geen traag werkende schildklier, ik heb helemaal geen schildklier. Ik ervaar hierin geen erkenning voor mijn verlies.
Om deze reactie bij mijzelf nog beter te begrijpen, ben ik me gaan verdiepen in het Duale Procesmodel van Rouw (Stroebe en Schut, 1999). Dit model laat zien dat oriëntatie op verlies én oriëntatie op herstel onlosmakelijk verbonden zijn als het gaat om het hervinden van balans na verlies. Het begrip verlies omvat vele vormen, zoals overlijden van een naaste, scheiding, verhuizing, verlies van werk….. en ik stel hiermee ook vast dat dit model van toepassing is op het verlies van gezondheid….. en nog specifieker van verlies van een orgaan of een ander deel van het lichaam. Mijn persoonlijke werk én de ondersteuning die ik op allerlei vlakken mocht ervaren, waren doorgaans gericht op herstel en niet op verlies. En dat had ik gemist. Inmiddels heb ik hierin zelf de balans hervonden.
Verlies van gezondheid, van een orgaan of een ander deel van het lichaam geeft mensen een ‘nieuw lijf’. Er is iets weg wat dierbaar én onmisbaar was. Met het gevoel van vervreemding van het eigen lijf tot gevolg. Om te komen tot volledige heling en herstel is het in mijn ervaring noodzakelijk om weer verbinding te vinden met het ‘nieuwe lijf’. In mijn ervaring is de aandacht hiervoor nog de missing link in het uitgebreide aanbod dat er is binnen de (complementaire) medische en psychologische zorg. Dit besef, dit persoonlijke en professionele onderzoek heeft mij geïnspireerd én gemotiveerd om het onderwerp van ‘mijn nieuwe lijf’ op de kaart te zetten. Ik heb mijn expertise als ervaringsdeskundige én als professioneel coach/therapeut/trainer ingezet om een totaalprogramma te ontwikkelen om mensen te ondersteunen in het proces van heling gericht op verbinding met zichzelf in hun nieuwe lijf. Vandaar de naam van dit programma: ‘ik & mijn nieuwe lijf®’.
Dit programma breng ik hier graag onder de aandacht en nodig ieder uit dit artikel te delen, te liken en/of onder de aandacht te brengen van iemand die worstelt met deze kwestie. Misschien ben jij dat zelf wel.
Op 11 maart start de eerste cursus ‘ik & mijn nieuwe lijf®’ in ’s-Hertogenbosch. Ik bied deze cursus in het jaar 2020 aan voor 20% korting op het tarief. Bij voldoende aanmelding start ik de cursus ook op in de regio Eindhoven en Breda/Tilburg. Voor meer informatie kijk op: https://ikendeander.nu/programma-ik-en-mijn-nieuwe-lijf/
Neem contact met me op als je een persoonlijke vraag hebt, of als je meer informatie wilt als verwijzer.